woensdag 4 maart 2020

Leef!

Gemiddeld werkt de Nederlands/Belgische loonslaaf zo’n 8 uur per dag, slaapt 8 uur per dag en houdt dan 8 uur per dag over. In dat tijdbestek zit hij minimaal 2 uur per dag in de file of rijdt van werk naar huis. En dan moet er nog boodschappen gedaan worden, de kids van en naar de clubs gebracht worden en het gras gemaaid. In die paar uurtjes die er overblijven, moet er worden geleefd.

In de praktijk betekent dat meestal bankzitten want je voelt je afgeleefd. Beetje TV kijken, Netflix filmpje of een computerspelletje en dat was het dan wel weer. En dan zit het grootste deel van het land ook nog eens op een werkplek waar ze eigenlijk helemaal niet willen zitten. Maar ja, die baan kwam voorbij en die droomjob kwam nooit. Misschien iets langer moeten wachten? Eenmaal in een vaste baan, kijk je niet meer, zoek je niet meer en heb je het lef niet meer.

Want dan is het eerste kind al onderweg, is de eerste hypotheek afgesloten en zijn de eerste vrienden gemaakt. En zo glijdt men langzaam af in de comfortabele bourgeoise zetel. Er worden verzekeringen afgesloten en het leven wordt van A tot Z gepland. Tot en met het pensioen aan toe. Maar ooit komt nooit en slechts de helft van alle mensen zal het pensioen halen. Iets dat de verzekeraar u niet aan de neus hangt. Slechts een kwart v.d. bevolking is 65+….

Zekerheid voor alles maar zekerheid komt met een prijs. Een dubbel inkomen is een eerste vereiste en dus vaak een tweede auto en een tweede hypotheek. De kinderen worden sleutelkinderen en zien meer van Opa en Oma dan hun eigen ouders. De spelcomputer zorgt ervoor dat ze niet te lastig zijn en niet leren zich te ontwikkelen. Gaan in hun puberteit de straat op, leren de straattaal, steken zich tot over hun oren in de schuld voor hun mobieltje en de studieschuld die hun door Pa is opgelegd want studeren moest zo hoog mogelijk. Dan worden ze 21 en zijn hulpeloos, hopeloos en nutteloos en zonder toekomst.

Ik kan me nog herinneren dat toen ik onze kinderen naar landbouwschool en groenschool stuurde, het opperhoofd van de Lagere School mij verketterde. Die kinderen hadden zat VWO of iets dergelijks kunnen halen. Maar die landbouwschool was klein en gezellig en het kind was er weg van. Ze ging er elke morgen met veel plezier naar toe. Leren konden ze hun hele leven nog, jong zijn ze maar eenmaal. En ik vond school sowieso een verspilling van tijd. Beide hebben ze nu zelf kinderen en werken in research en onderzoek. De ene op de universiteit en de andere in een onderzoeksinstelling.

Hoe je dat doet? Laat ze hun eigen zakgeld verdienen. Krantenwijkje of nog beter tomaten plukken. Dan komen ze afgemat thuis en dan maar klagen. “Ja kind, als jij niet wilt of gaat leren, is dat nu precies wat je de rest van je leven doet”. Het was ze duidelijk! Voor de rest af en toe een schop onder kont op het goede moment. Toen mijn dochter thuis kwam na een bezoekje aan de universiteit vertelde dat ze weliswaar een baan aangeboden had gekregen maar dat ze niet goed durfde ja te zeggen. Beetje gebrek aan zelfvertrouwen dus. Ik heb haar verteld dat als ze niet vrijwillig ging, ik haar er naar toe zou schoppen. Ze is gegaan en zit er nog.

Voor velen was het een gruwel zoals wij de kinderen hun gang lieten gaan, ze veel te veel vrijheid lieten. Toch als je ze nu ze zelf kinderen hebben vraagt, zeggen ze allemaal hetzelfde; “Jullie waren wel streng hoor!” En of we dat waren. Als het donker werd, zag je onze kinderen niet op straat. Zomers geen erg maar s‘winters leidde dat wel eens tot protesten. Ze kregen een uur om van school naar huis te komen anders werden ze gehaald en dat was wel het laatste wat je wilde. En zo hadden we wel meer raamwerken, regels die hun vrijheid omkaderde. Daarbinnen konden ze hun gang gaan.

Wat ze ook volop deden. Toch hebben ze nooit drugs aangeraakt of anderzijds aan problemen geraakt met één uitzondering. De oudste wilde donders graag eens weten wat het was om een joint te roken. Dus had ze twee joints gekocht, eentje voor haar moeder en eentje voor zichzelf. Geen van beide had ooit een joint gerookt en samen zaten ze stiekem op zolder zodat ik het niet zou zien. Bij die ene joint is het gebleven.

Wat elk kind nodig heeft is vrijheid. Wat ouders nog meer nodig hebben is nog meer vrijheid. Wat was ik blij dat alle kinderen uit huis waren! Je kon eindelijk weer een hoop dingen doen waar je niet je kinderen bij wilde hebben. Zo hebben we een tijd gewoond in landen als Roemenië en Oekraïne. Landen met een grote persoonlijke vrijheid ondanks de verstikkende bureaucratie en corruptie in die landen. En zo ontmoette we een stel met kinderen dat de wereld rondtrok in een oude Mercedes bus. Uiteraard was ik nieuwsgierig naar de opvoeding van de kids. Ze gaven ze zelf les en de praktijk was dat ze alles te zien kregen waar ze les over kregen. Van de Eiffeltoren tot de Griekse ruïnes. Die kinderen hadden een prachtig leven en genoten van de vele vrijheden die ze kregen.

Uiteraard waren het zwerverskinderen die nergens waren geaard. “Een kind opvoeden is ze vleugels geven om te vliegen en wortels om te aarde. Dat aarden doen ze later maar”, volgens de wijsheid van de ouders. Maar vriendjes hadden ze wel. Onlangs heb ik ze nog gesproken, die vrienden hebben ze nog steeds, over de hele wereld. Ik vroeg hem wat hij onder vrienden verstond. “Vrienden zijn mensen die je zelden ziet, tenzij je ze nodig hebt”. En zo werd deze oude zak even wat bijgeleerd…
Maar ja die knul was dan ook inmiddels advocaat en wist wel te argumenteren! We babbelden nog wat over zijn zwerverstijd. Hij had het heerlijk gevonden en miste de vele vrijheden die hij toen had. Ik heb hem nog proberen te bekeren tot het lompenproletariaat maar tevergeefs. Hij had zijn weg gekozen maar wist dat hij altijd heimwee zou houden naar die oude Mercedes bus.

Ik wist sinds die ontmoeting wat we fout gedaan hadden, we hadden onze kinderen in een oude bus moeten stoppen en de zon tegemoet moeten rijden. Daarvoor echter had ik toen het lef niet. En we zaten nog te vast in de mores en denkpatronen van die tijd. Te veel ingebed in een maatschappij die jouw eigenlijk niet moest maar ook niet los wilde laten. En waar moest je van leven? Hoeveel wetten ging je overtreden behalve de leerplichtwet? De antwoorden waren simpel; gewoon doen en dan maar zien. Iets wat we pas later leerden.

En nu met kanker in mijn lichaam en levend in extra speeltijd waar tijd kostbaar is geworden weet je het nog beter. Stel dit was me halverwege overkomen zoals mijn zoon die nog geen 35 jaar oud met 2 jonge kinderen kanker krijgt. Dan moet je leven niet alleen op de schop, je instelling ook. Je leert wat belangrijk is in dit leven. En je weet dat als je echt iets te vertellen hebt, je dat NU moet doen. En geloof mij, je krijgt spijt van al die keren van de vrijheden die je hebt laten liggen.

Voor mij was mijn leven tot mijn 14e ideaal. De 10 jaar daarna werd ik een rebel without a cause, driftend over deze aardkloot. De tien jaar daaropvolgend waren niet echt een succes. Ik trouwde ging scheiden en kreeg een kind. Mijn kind dus en ik was dan ook de eerste vader in die tijd die de volledige voogdij kreeg. Het leven van de moeder werd zo gespaard want ik had haar vermoord als het anders was geweest. Zo was ik wel in die tijd.

Daarna ontmoette ik de liefde van mijn leven waar ik nog steeds mee ben getrouwd. Mijn leven veranderde en mijn instelling ook. Wij keken anders tegen het leven aan en ons leven veranderde zo’n beetje elke week wel. Maar we waren een samengesteld gezin en moesten de statistieken overleven die ons weinig kans gaven. Mijn zoon bleek autistisch en dat was in die tijd nog niet bepaald een verlegenheidsdiagnose. En de opvoedingsmethodes die men ons gaf, spoorde niet met zo wij er over dachten. Hetgeen samen met een wraakzuchtige ex er in resulteerden dat we een kind op moesten voeden met tientallen instanties in onze nek. En alle methoden waarop we toen verketterd worden, zijn nu regel.

Het was zeilen tegen de wind in op alle fronten en des te harder de tegenwind, des te meer zetten wij de haken in het zand. Het gekke is dat al die problemen je nog vaster op je plek drukken. We hadden toen gewoon een oude Mercedes bus moeten kopen. Dat is het ook het advies dat ik een ieder geef die zich volledig heeft vastgedraaid. Koop een bus en ga een tijdje de wereld bekijken. Druiven plukken in Frankrijk, appels plukken in Catalonië of olijven in Italië. Herbeleef de hippie communes en zoek een kibboets in Israël. Overal in de wereld kun je leven en beleven. Zolang je geld maar als middel ziet en niet als doel.

Je maakt wat mee als reiziger en niet altijd positief. Maat het vormt je en je maakt kostbare herinneringen. Je kunt tegen het einde van je leven tenminste zeggen dat je hebt geleefd en beleefd. Want een ieder die tegen die tijd nog een bucketlist moet afwerken, heeft vergeten te leven. Leef nu want morgen kan alles te laat zijn. Wij hebben meestal gedaan wat we wilden doen i.p.v. we moesten doen. Niet altijd slim maar je beleeft wel het een en ander. Ik kan voordat ik uit dit leven stap altijd zeggen dat ik heb geleefd.

En als je dat niet durft dan ben je veroordeeld tot decennia lang leven volgens vaste patronen en zie je het echte leven allen maar op Discovery Channel voorbijkomen. Dan droom je het leven i.p.v je dromen uitleven. Ik weet, er zijn mensen die daar helemaal happy van worden. Blijf lekker op je bank zitten zou ik zeggen. Voor die mensen echter die twijfelen zou ik zeggen, vraag jezelf eens af wat dat mooie huis, die grote leasebak en die status nu eigenlijk waard is. Wat hou je over aan het einde van je leven? Hoeveel van de mensen die aan je graf staan, staan daar omdat ze dat echt willen?

Hoe wil je later herinnerd worden? Als de vent die wel OK was of die mafkees die geleefd heeft? Over wie denk je dat ze het nog generaties lang zullen hebben? Jan Cremer zal lang herinnerd worden om zijn eerste boeken niet omdat wat hij daarna deed, toen hield hij op met leven. Zijn kunst zal een zachte dood sterven, net als die Van Anton Heyboer. Die zal worden herinnerd om zijn levensstijl, niet zijn kunst. Nederlanders overschatten zichzelf nogal graag. Niets van wat ik gedaan of verzameld heb zal na mij overleven maar herinneren zullen ze zich mij wel!

Als u om zich heen kijkt en denkt: Is dit alles? Dan wordt het misschien eens tijd om te gaan leven.

Geen opmerkingen: